#386

Passage uit een Gouds verleden Annette Brouwers

20220225 104923

Dit verhaal is geplaatst in de categorie personen & verenigingen, zorg, welzijn & religie.

Alle categorieën

Nenna stond vanaf haar tweede jaar de hele ochtend voor het raam te zwaaien tegen de vrouwen die zware boodschappentassen droegen. Het bovenhuis aan de Nieuwehaven gaf direct zicht op de pal ervoor gelegen kruidenierswinkel, met daarvoor een prachtige gras- en bloemenstrook.
Wat Nenna toen nog niet kon weten was, dat haar grootvader was opgegroeid in dezelfde buurt.

Moeder ging ’s middags met Nenna, die nooit kon wachten en dan herhaaldelijk “mee uit!” riep, in de kinderwagen wandelen. Vanaf de Nieuwehaven, waar in de zomer de kleurige bloemen prijkten, door de gezellige Lange Dwarsstraat met vriendelijke bewoners. In de smalle straat zag moeder in de verte al het bruggetje wat naar de andere kant leidde van de Turfmarkt.

Hofje van Letmaet

Op de terugweg door het mooie groene Regentesseplantsoen waar even werd uitgerust op een bankje in de zon, met uitzicht op de bootjes die een ligplaats zochten in de Kattensingel. Daarna door het vierhonderd jaar oude Hofje van Letmaet, een van de 25 Goudse hofjes, terug naar huis.

Behang en vloerkleden

Grootvader en -moeder waren met pensioen en woonden rustig aan de Westerkade; ze hadden ieder ruim vijftig jaar gewerkt. In die vele jaren had grootvader half Gouda voorzien van decoratief behang, zorgvuldig geplakt in de huiskamers, en vloeren met zelfgemaakte vloerkleden. Grootmoeder maakte de mooiste wiegjes voor Goudse baby’s.

Op verkenning

Sinds de aankoop van het pand Onder de Boompjes haalde grootvader zelf wekelijks de huurpenningen op. De verhuurde woning was aangekocht voor zijn zoon Antonius, zijn enige kind. Toen de woning leegkwam was het lente en de mooie boompjes aan de voorzijde kleurden frisgroen. Het achterliggende pad had aan weerskanten mooie tuinen, waarin prachtige bloemen bloeiden en waar zich veel hoge bomen bevonden. Het leek een paradijs voor Nenna die iedere keer als zij mee mocht, tijdens de schoonmaakperiode, een stukje van het pad verkende.

Zo oma, zo kleindochter

Op een dag had het geregend, Nenna had kleine laarsjes aan en dabberde met veel modder de pas geschrobde vloer over. Grootmoeder siste van woede en reageerde weerzinwekkend, waarop Antonius haar attendeerde op het feit dat Nenna nog maar drie jaar oud was. Niemand had enig vermoeden dat dit incident de start was van een bewogen leven van oma en haar enige kleinkind, dat buitengewoon veel identieke karaktereigenschappen zou gaan vertonen.