#99

Mijn Gouda Eildert Bruining

Hoe kunnen Gouwenaars eigenlijk op vakantie gaan, en hun bedrijf en koeien zomaar en zo lang in de steek laten?

Op onze buitenlandse reizen ontmoeten wij altijd aardige mensen die graag een praatje maken en ons al gauw vragen waar wij vandaan komen. Als we 'Gouda' zeggen, is dat meestal niet meteen duidelijk, maar bij de term 'Gouda Cheese' valt het kwartje en volgt een lofzang op de kwaliteit van onze Goudse kaas. De sfeer wordt dan ook zo goed dat we samen een glaasje gaan drinken.

Méér dan kaas

Al gauw komt dan de vraag of wij met onze reis ons bedrijf en onze koeien zomaar en zo lang in de steek kunnen laten. Geduldig leggen wij dan uit dat naast de kaasboeren er ook andere mensen in de stad wonen, zoals bijvoorbeeld onderwijzers, een notaris, een timmerman, een makelaar en een burgemeester (andere functies krijgen we niet zo gauw vertaald). En we vertellen dat Gouda een schitterende stad is en een verleden heeft dat zeker 750 jaar teruggaat. En dat we prachtige gebouwen hebben zoals de eeuwenoude Sint Janskerk met de Goudse Glazen, het stadhuis en de Waag op de Markt, het zakkendragershuisje en het Lazaruspoortje en resten van oeroude kloosters. We vertellen van de straatjes en de grachten, de Chocoladefabriek en de Garenspinnerij, de talrijke gebeurtenissen als Gouda bij Kaarslicht, de kaasmarkten, de muzikale evenementen …

Het derde glas

Bij het derde glas, en onder de indruk van ons enthousiasme, beloven onze toehoorders dat zij gauw eens een keertje de stad komen bezoeken. We nemen afscheid en komen weer thuis. En elk jaar zien we de stroom van toeristen naar Gouda toenemen. Soms blokkeren ze zelfs de straat waar wij fietsen of lopen, of bezetten ze de leukste terrasjes.

En toch blijft Gouda de mooiste stad.

Toeristen  /  Terrasje  /  Kaas