#460

Gouda Waterstad 2011 Jan Lemmen

Nonnen bewerkt Foto Jan Lemmen

Dit verhaal is geplaatst in de categorie bedrijvigheid, landschap & natuur.

Alle categorieën

In 2011 werd ik uitgenodigd om als storyteller mee te werken aan Gouda waterstad.

Ik had een verhaaltje geschreven waarin ik weetjes over de Mallegatssluis verwerkte in de belevenissen van een fictieve Antwerpse schipper. Het was de bedoeling dat ik bij de Mallegatssluis dit verhaal een paar keer zou voordragen. Op zaterdag 26 juni was het zo ver. In de stad was volop vertier en tussen de bedrijven door sloop ik de stad in om foto’s te maken, zoals van deze vrolijke nonnetjes. Terug op mijn post droeg ik dit verhaal voor.

Claes is de naam, Cornelis Claes uit Antwerpen

Ik lig hier met mijn schip ‘De Pallieter’ voor de sluis te wachten. Ik heb een vracht tapijten voor Amsterdam geladen. Ik ben net terug van het stadhuis om dit consent op te halen. Zonder consent mag je niet door de Mallegatssluis varen. Kostte wel mooi zes gulden en 6 stuivers. De afzetters!

Kijk, ik kom uit een schippersfamilie en wij varen al jaren op Amsterdam en moeten noodgedwongen door Gouda. De hoge heren uit Den Haag hebben dat zo bepaald. Mijn vader, die voer vroeger met zijn smalschip ook al door de stad Gouda. Hij vond dat best plezant: gezellig drukte, stamineekes, mooie vrouwen. Maar ja, het kostte ook veel tijd. Da’s niks voor moderne schippers zoals ik. Wij willen door. Alleen al die donkere sluis, daar kunt ge alleen met een smalschip doorheen. Nee dan mijn schip, dat is een pleyt. Daar kan zes keer zoveel in als in een smalschip.

Tijd is geld

Alleen die Gouwenaren, die verzieken de boel. Dat begon al bij de aanleg van deze sluis in 1577. Ze hebben niet eens meebetaald, nee ze hebben er zelfs nog geld aan verdiend. Deze sluis is gebouwd met stenen van de Noodgodskapel en de Gouwenaren hebben die stenen aan de bouwers van de sluis verpatst. En dat was de heren nog niet genoeg. Ze hebben ook nog gedaan weten te krijgen dat alleen maar oorlogsschepen door de sluis mochten. Dat vonden de hoge heren uit Den Haag allang goed, want die hadden bij de ingang van de haven een tolhuis neergezet.

Gelukkig is aan deze toestand een eind gekomen. Maar, oh, oh wat ging dat moeilijk. Je moet eerst op het gemeentehuis een consent halen en dan moet je nota bene ook nog eens anderhalve dag in Gouda moeten blijven liggen. Waarom? Om je kaal te laten plukken door handelslui en herbergiers zeker. Wij, moderne schippers, zouden die Goudse schippers met hun kleine bootjes aan de bedelstaf brengen. Maar wat hoorde ik pas? Minder dan de helft van het consentgeld komt maar bij de arme mensen terecht. Je mag raden waar de rest terecht komt. In de zakken van de burgemeester natuurlijk. Ik hoop dat we gauw toestemming krijgen om over Leidschendam naar Amsterdam te varen. Dat scheelt een hoop tijd en geld.

Anderhalve dag hier rondhangen. Laat ik daarginds in die kroeg maar eens een lekkere pint Gouds Kuytbier gaan pakken. Want wat ze ook zeggen van die Gouwenaren: een lekker glas bier brouwen, dat kunnen ze.