#476

De Goudse brandweer Hans Stolk

Hans stolk 2

Dit verhaal is geplaatst in de categorie bedrijvigheid, personen & verenigingen.

Alle categorieën

De geschiedenis van Gouda is beïnvloed door vier stadsbranden. Het enige blusmateriaal was destijds meestal een emmer water. Die emmers stonden op diverse plekken in de stad. Omdat dit allemaal goed geregeld was, is in Gouda pas laat – zo rond 1900 – de vrijwillige brandweer opgericht.

De gemeente had toen rond de kazerne in de Nieuwehaven woningen aangekocht die speciaal bedoeld waren om er de vrijwilligers te huisvesten. Zo konden zij razendsnel in de kazerne aanwezig zijn als er iets aan de hand was. In de jaren 70 werd ik eerst vrijwilliger en in 1980 beroepsbrandweerman. Nu ben ik gepensioneerd.

Binnen anderhalve minuut paraat

Mijn vader ging begin jaren 50 bij de brandweer. Hij woonde op de tweede verdieping van een huis achter de kazerne aan de Nieuwehaven. Als hij bij alarm via zijn eigen voordeur snel ter plaatse wilde zijn, duurde dat (te) lang. Hij mocht daarom soms via de slaapkamer van zijn onderbuurman, ook een brandweerman, binnendoor rennen. Ook ik ben honderden keren via een balkon en dak naar beneden en binnendoor naar de kazerne gegaan om er zo snel mogelijk te zijn.
Toen ik beroeps werd moest je binnen 1.20 minuten op straat zijn: uit je bed, naar de wagen toe, aankleden, de motor starten en wegrijden. Maar ook als vrijwilliger wilde je zo snel mogelijk ter plaatse zijn. Er gingen acht mensen op de wagen, drie beroeps aangevuld met vrijwilligers. Wie het eerst kwam mocht mee.

Collegiale opvang

Als je bij de brand komt is dat een spannend moment. Je zit vol adrenaline. Wat kom je tegen, hoe zet je je mensen in? Je doet je ding en als de brand uit is ga je terug naar de kazerne. Daar maak je de spullen schoon en dan drink je een bak koffie. Na een ernstig incident werd er vroeger na de dienst een borrel genomen. Nu zijn er TCO’s (teams collegiale opvang) waar je met de hele ploeg bij elkaar komt als er doden zijn gevallen. Dan ga je alles samen doornemen. Een heel proces met als doel om te voorkomen dat je in je hoofd blijft malen. Er komen immers vragen op als ‘had ik het niet anders moeten doen met misschien een beter resultaat, en had ik dan het slachtoffer kunnen redden’. Je ontwikkelt in de loop van de jaren wel een dikke huid, maar soms kan zomaar iets kleins herbeleving oproepen.

Daar doe je het voor!

De brandweer is sinds de jaren 70 regionaal georganiseerd. Waar je gaat blussen wordt nu niet meer bepaald door de gemeentegrenzen, maar door wie ergens het snelst kan zijn. De brandweer van Haastrecht is sneller in Goverwelle dan die van Gouda. Nu de brandweerkazerne aan de Keerkring bemand wordt door beroeps die niet per se uit Gouda komen, is de band met de stad ook minder geworden dan in mijn beginjaren toen iedereen rond die kazerne aan de Nieuwehaven woonde.

Navolgen hoe het verder met slachtoffers gaat, dat doe je niet. Soms hoorde ik het wel, omdat Gouda toch klein is en ik veel mensen ken. Als je dan zomaar in de stad iemand ziet lopen die je geholpen hebt en het overleefd heeft, dan weet je: ‘daar doe je het voor!’