Bierstad? Kaasstad! Louis Meulenberg

Vlug opstaan, aankleden en wat eten. Wat zal ik drinken bij mijn homp brood? Water? Neen, want van water word je ziek of ga je dood. Ik neem een paar slokken kuitbier uit de kruik onder in de kast. Dat is veel gezonder. Nu opschieten, want het bierschip moet nog gelost worden. Er is een lading hop en graan uit de Krimpenerwaard aangekomen. Daarna moet het geladen worden met tonnen kuitbier voor België. Gelukkig zullen er ook lui van het bierdragersgilde en enkele brouwersknapen aanwezig zijn zodat het schip kan vertrekken vóór het laagwater wordt ...

Je moest goed je best blijven doen en blij zijn dat je nog werk had, want met de Goudse bierbrouwerijen ging het destijds niet meer zo voor de wind door de politieke en economische situatie. De ketels werden verwarmd met turf, een goedkope brandstof voor de steenbakkerijen, huisverwarming en bierbrouwerijen. En door overmatig vervening ontstond er gebrek aan turf.

Met de bierbrouwerijen ging het bergafwaarts en uiteindelijk ging de industrie verloren. Ritsaert kwam zonder werk. Aan de Westhaven nummer 63 doet het pand ‘Het Ossenhooft’ ons nog herinneren aan de rijke historie van de bierbrouwerijen.

In de loop van de tijd kwam in Gouda de zuivelindustrie op gang en er werd bepaald dat alle goederen zoals kaas, biggen en hennep boven het tien pond op de Waag moesten worden gewogen, tegen betaling van ‘waaggeld’. Ritsaert kon weer aan de slag bij de Waag, nu als kaasopzetter. De aanvoer van kaas werd erg groot en de Waag was ook aan vervanging toe. De oude Waag werd gesloopt met enkele belendende percelen. Er werd een nieuwe Waag gebouwd naar een ontwerp van de rijksbouwmeester Pieter Post in de stijl van het Hollands classisisme. In januari 1669 werd het dak met leien gedekt.

Thans is in de Waag op de begane grond het VVV en een winkel gehuisvest en op de twee boven gelegen verdiepingen een kaas- en ambachtenmuseum.