#712

Op de markt deel je lief en leed met elkaar Leo Versluis

Leo en Joke Versluis
Foto: Cathalijne van Oort

Dit verhaal is geplaatst in de categorie bedrijvigheid, personen & verenigingen.

Alle categorieën

Leo Versluis (53) wist al jong wat hij wilde: werken op de markt. Vanaf zijn negende hielp hij de kaasboer op de lokale markt bij het opruimen. Nu, ruim veertig jaar later, is Leo’s eigen kaaskraam een bekend en drukbezocht middelpunt op de Goudse markt.

“Er gebeurde altijd van alles op de Goudse markt, en dat trok me enorm. Ik was een jaar of negen toen ik op zo’n marktman afstapte en vroeg of ik niet mocht helpen met opruimen,” vertelt Leo, grijnzend om zijn eigen brutaliteit. De marktman in kwestie -kaasboer Jaap Berckenkamp, om precies te zijn- kon die brutaliteit wel waarderen.

Vanaf dat moment bracht de kleine Leo zijn zaterdagen door in de kraam van Berckenkamp en zijn vrouw. Dat hij bij een kaaskraam terecht kwam, was puur toeval. “Het had net zo goed de groentekraam kunnen zijn, ik wilde vooral op de markt werken.” Jong als hij was, hoorde hij er meteen bij. “De markt is een soort familie: je deelt lief en leed met elkaar en bereidheid om elkaar te helpen is groot.”

Veranderingen door de jaren heen

Die collegialiteit is er nog steeds, verzekert Leo ons, al is rol van de markt wel veranderd. “Vroeger kwamen de mensen uit de hele regio. Tegenwoordig heeft elk dorp zijn eigen supermarkt en doen de mensen nog maar een deel van hun boodschappen op de Goudse warenmarkt. Met mijn team (waaronder de inmiddels 77-jarige mevrouw Berckenkamp) doen we ons best om op die veranderde wensen in te spelen.”

Als voorbeeld noemt Leo de grote aantallen toeristen die de Goudse markt bezoeken. “Voor toeristen is onze kaas de lokale specialiteit, iets dat ze geprobeerd moeten hebben. Dus verkopen we kleine kaasjes als souvenir, en bekers met kaasblokjes zodat ze de verschillende kazen kunnen proeven.”

Binnen- en buitenlandse kazen

Het mag dan toeval zijn dat Leo zijn eerste baantje bij de kaasboer vond, de keuze om van kaas een carrière te maken was wel een bewuste. “Ik ben opgeleid als metaalbewerker, maar zag daar geen toekomst in. Mijn baas op de markt had steeds gezegd dat ik altijd bij hem kon komen werken, dus besloot ik de overstap te wagen. Ik stond hele dagen op de markt en studeerde ’s avonds om mijn vakdiploma’s te halen. En tien jaar later kon ik de kraam overnemen.”

Inmiddels lijkt Leo’s huidige kraam nog nauwelijks op de oude. “Toen ik de kraam overnam verkochten we behalve kaas ook een boel andere kruidenierswaren, zelfs koffie. Daar heb ik meer lijn in gebracht. Nu verkopen we binnenlandse en buitenlandse kazen, maar ook salades en lekkere dingen voor bij de borrel.”

Weer en wind

“Mijn favoriete kaas? Oei, ik vind ze allemaal lekker, al is de boeren belegen wel een topkaas!” Belegen en jong belegen kazen lopen het hele jaar door goed, al wordt de smaak ook wel bepaald door de seizoenen. “In het voorjaar wil iedereen natuurlijk die zachte, jonge graskaas, terwijl de voorkeur in de herfst naar wat pittiger kazen gaat. Diezelfde graskaas heeft dan een paar maanden kunnen rijpen en komt als extra belegen weer op de plank.”

Verder trekt Leo zich niets aan van de seizoenen en een beetje regen. “Ik ben er altijd, tenzij de markt vanwege het weer wordt afgelast. Zolang er klanten zijn die voor een stuk kaas door de regen komen, sta ik er om ze die kaas te verkopen. En net zo vrolijk als anders!”

Dit verhaal is geschreven voor indebuurt Gouda. De redactie van indebuurt informeert en inspireert inwoners van Gouda via nieuws, artikelen en tips over alles wat de stad leuk maakt.