#178

Mijn 108-jarige moeder Jeannet Kalmeijer - Steenbergen

Foto mevrouw Steenbergen

Dit verhaal is geplaatst in de categorie bedrijvigheid, personen & verenigingen.

Alle categorieën

Mevrouw Steenbergen - Aarts was één van de eerste bewoners in de Tuindorp Josephbuurt en woonde tot aan haar overlijden in Gouda. Eén van haar dochters, Jeannet, vertelt over het leven van haar moeder in Gouda. Van gebreide badpakken tot bezoekjes van de burgemeester in de Savelberg.

Mijn moeder kon niet fietsen, je hoorde haar altijd aan komen tippelen. Alles deed ze lopend, ze had als kind al veel moeten lopen zei ze verontschuldigend. Ze woonde bij de spoorovergang en werkte hard.

Mijn moeder, Betsie genaamd, kwam uit Brabant waar ze mijn vader leerde kennen, die daar beroepsmilitair was. Ze werkte al jong als dienstmeisje en leerde tijdens de twee uurtjes vrij in de week mijn vader kennen. Ze werd verliefd op zijn mooie pak, zei ze lachend.

Een gebreid badpak

Ze verhuisde met mijn vader naar de Van Heusdestraat waar ook opa en oma Steenbergen woonden. Ze huurden in deze nieuwe wijk 'Tuindorp Josephbuurt' een klein huisje voor zo’n 40 gulden per maand. Er was een actieve buurtvereniging waar graag een kaartje werd gelegd of gebiljart.

Mijn moeder was weinig water gewend in Brabant en vond zwemles niet nodig maar oma stond er op en breide voor ons allemaal een wollen badpak. Zwemles kregen we in de Houtmansgracht, er waren daar zelfs speciale houten kleedhokjes aan de waterkant en er lagen planken om het water, waardoor je niet kon verdrinken.

Thuis was er altijd bedrijvigheid, er waren acht meiden en één zoon, het oudste zoontje was al vroeg overleden. We waren altijd aan het zingen tijdens de afwas en heel de poort stond dan vol met luisteraars. Later traden mijn zussen ook op en kwamen zij zelfs op de radio als de Sunny Sisters. Heel Gouda luisterde! Ook deden we met elkaar thuiswerk; snoepjes inpakken van Van Velzen en later de doppen van Gouda’s Glorie, met elkaar rondom de tafel en inpakken maar.

Ach, dat komt wel goed

Als mijn moeder geen tien kinderen had gehad, was ze vast non geworden - zo rotsvast was haar geloof. Ze was altijd aan het bidden en vertrouwde op de Heer. Ze maakte zich geen zorgen: “Ach, dat komt wel goed”, zei ze vaak.

Mijn moeder is tot haar 92e in de Van Heusdestraat blijven wonen, waar ook een aantal van haar dochters woonden. Daarna verhuisde ze naar de Savelberg, waar ze nog lang zelfstandig was. Ze riep altijd dat ze 110 zou worden en genoot van de speciaal voor haar georganiseerde feestjes na haar 100e met de burgemeester erbij.

Ze werd uiteindelijk 108 jaar en 169 dagen oud, op 23 november 2014 overleed ze.
Als laatste eer zijn we met de hele familie lopend achter de rouwwagen aangegaan, net zoals zij ook altijd alles lopend heeft gedaan.